Print

We harren t niet breed mor der was diepgang
ien eten en denken. Wat we niet atten,
dochten we derbij elke keer vannijs.

Uit het gedicht Opdreugde troanen

Verschenen bij Philip Elchers

Poëziedebuut Willem Tjebbe Oostenbrink 'Opdreugde Troanen'

De streektaal-poëzie van Willem Tjebbe Oostenbrink lijkt op het eerste gezicht vooral verbonden met zijn geboortegrond, het Groninger Westerkwartier, maar is bij nadere beschouwing breder en universeler. Hij dicht over grond en grensland, over het landschap en het menselijk streven, over dat wat je meeneemt en dat wat achterblijft. Het ademt warmte, humor, liefde voor de taal en cultuur. Met het heden als vertrekpunt keert hij in heldere en vertrouwde beelden terug naar het land van zijn jeugd, omziend in verwondering, de lezer deelgenoot makend van originele observaties, vaak met een subtiele dubbele laag.

Willem Tjebbe Oostenbrink (1963) is als dichter een aanwinst voor de Groninger streektaal.
In 2010 ontving hij de Freudenthal Aanmoedingsprijs – de oudste en belangrijkste prijs voor de beste nieuwe Nedersaksische literatuur.

Op de achterkant van het boek schrijft Remco Ekkers onder meer:
'Oostenbrink vindt de vissen voor zijn gedichten in het verleden, de sterke verhalen van zijn "pabbe" hebben hem gevoed. Hij vist nu in de sloten en kanalen van de taal. Hij vangt geen dikke snoeken, maar woorden en zinnen die uitzicht geven op het beloofde land van verleden en toekomst.'

Golven nemen nooit afscheid
Op 1 november werd de poëzie bundel gepresenteerd in het Huis van de Groninger Cultuur in Groningen. De presentatie had een puur Gronings karakter. Twee collega-dichters, Reinder Willem Hiemstra en Are Meijer lazen drie eigen Groningse gedichten voor. Gerdie Klaassen, voorzitter van Stichting 'Uit de Kunst', (die heeft bijgedragen aan de totstandkoming van de dichtbundel) interviewde de dichter. Een zin als 'Golven nemen nooit afscheid' gebruikt hij als inspiratie voor een gedicht, zelfs al wordt die zin er niet in gebruikt.

Willem Tjebbe Oostenbrink werd in 1963 geboren op een boerderij in Grijpskerk. Het leven op het platteland vormt zijn inspiratiebron en fundament waarop zijn gedichten tot stand komen. De plattelandswereld was voor Willem Tjebbe als kind oneindig groot, hij zwierf door de velden, hield kippen en eenden. Zijn bij hen inwonende grootvader hielp hem en had een grote invloed op zijn jeugd.
Na zijn studie Landbouwkunde werkte de dichter o.a. in Oost Europa. Hoewel hij al meer dan dertig jaar dagboeken schreef begon hij pas na zijn terugkomst in 2007 in het Westerkwartier met het schrijven van gedichten in het Westerkwartiers. Zijn prachtig uitgevoerde debuutbundel is een logisch vervolg op de prijzen die hij reeds won.
Tijdens het interview gaf Willem Tjebbe aan dat hij zijn kinderen beloofde een kinderboek met verhaaltjes in het Westerkwartiers te schrijven.
Tekenend voor het persoonlijke karakter van de middag is dat de dichter het eerste exemplaar uitreikte aan zijn ouders.

Opdreugde troanen verscheen in een gebonden, hardcover editie bij Uitgeverij Philip Elchers.
De bundel telt 33 gedichten, die opgedeeld zijn in de drie afdelingen Wotterpoëzie, Grondgebonden gedichten en Opdreugde troanen.
De uitgave is verkrijgbaar bij de betere boekhandel, via de website van Philip Elchers of in de winkel van de uitgeverij (Oude Boteringestraat 41, Groningen) voor € 14,50 exclusief eventuele vaste verzendkosten van € 2,75.